GEESTEREN - De 32-jarige Duitse springruiter Philip Ruping heeft zondag met zijn tienjarige bruine ruin Copperfield (v. Contendro x Drosselklang) de 42ste editie van de Grote Prijs van Twente op zijn naam geschreven. De zoon van dr. Michael Rüping, in 1986 deelnemer aan de Wereldruiterspelen in Aken, klopte in de barrage op snelheid de Engelsen Joe Whitaker met Lola V en Williamn Funnell met Billy Congo, die de twee kwalificatiewedstrijden voor de hoofdrubriek hadden gewonnen.
“Toen ik hier van de week een kop koffie nam en de lijst van vroegere winnaars bekeek, zag ik allemaal namen van bekende ruiters en paarden en bedacht ik dat het wel wat zou zijn als ik daar tussen zou komen te staan”, aldus de dolgelukkige Philip Rüping. De ruiter uit Mühlen: “Eerlijk gezegd heb ik nooit durven dromen dat het me zou lukken, maar nou is het nog gebeurd ook. In vergelijking met hen heb ik echter nog wel een weg te gaan. Dit is na een drie ster in Polen vorig jaar pas mijn tweede overwinning in een internationale Grote Prijs, hopelijk kan ik die anderen een beetje achterna.”
Hulp van vader
Met de hulp van zijn vader, praktiserend arts, heeft Rüping in elk geval een aardig fundament gelegd. De rappe Britten en de rest van de concurrentie beten hun tanden stuk op de Duitser die de eerste dagen in Geesteren nog niet het optimale ritme kon vinden, maar zondag niet te kloppen bleek. “Copperfield is prima in vorm en we hebben vooraf een plannetje bedacht hoe we het hier moesten aanpakken om het vandaag goed op de rit te hebben. Dat is prima gelukt.”
Schouderblessure
Pas twee weken geleden klom Philip Rüping weer op de rug van een paard, nadat hij vanwege een schouderblessure vier weken lang op non-actief had gestaan. “Ik ben mijn team heel erg dankbaar dat een maand lang de paarden aan de gang heeft gehouden”. De winnaar fleurde zijn debuut op het Erve Maathuis daarmee meteen op met de hoofdprijs, een fonkelnieuwe Mercedes.
Aniek Poels
Aniek Poels slaagde er met Athene als enige Nederlandse combinatie in de barrage te bereiken. De Limburgse moest daarin met de elfjarige Berlin-merrie Athene haar zeven concurrenten voor laten gaan.
De in Hengelo residerende Russin Maria Madenova reed met de donkerbruine hengst Conquest naar de negende plek en bleef de als eerste gestarte Sander Geerink met zijn vosruin Robinson net voor. Geerink was tevreden: "Het was een mooie Grote Prijs vond ik, goed aan de maat. Eigenlijk zou ik als een van de laatsten moeten starten, maar ik heb zelf gevraagd om te mogen beginnen. Robinson is namelijk erg sensibel en bang voor andere paarden. De rubrieken zijn bij bijna alle concoursen overvol en daarom kan ik maar beter aan het begin zitten. Als je de barrage haalt is dat misschien een nadeel, omdat je niet eerst kunt kijken hoe anderen het doen. Maar dat kan ook een voordeel zijn, omdat je dan niet beinvloed wordt door wat je al gezien hebt. Als je gewoon goed rijdt, hoef je ook niet te twijfelen."
UITSLAG GROTE PRIJS VAN TWENTE
Foto © Jet Bonvanie/Kiek4Fun