Voor de broers Ben, Wim en Gerco Schröder is het concours in hun eigen fraaie springtuin vooral een leuke onderbreking van hun normale werk. Ze bieden graag aan ruiters uit de eigen regio de kans zich met de concurrentie te meten in een goed opgezette wedstrijd, die zich afspeelt in een gemoedelijke sfeer. Ook de bezoeker moet er laagdrempelig volop van kunnen genieten.
“We doen het erbij hè”, relativeert Ben de opzet van het populaire concours. “We hebben het allemaal al druk genoeg en nooit het idee gehad er een grote internationale wedstrijd van te maken. Het zijn geen inkomens voor ons, we leven hier niet van. We zijn alle drie nog, ieder op zijn eigen manier, ambitieus met de sport bezig.”
Zo is Wim onder meer bondscoach van de Japanse springruiters, richt Ben zich vooral op het opleiden van jonge paarden en het trainen van paarden voor klanten en werkt Gerco met talentvolle viervoeters aan een rentree in de absolute springtop. Wim: “De sport staat voor ons voorop. Mede door de sponsoring van Boomkamp Groenbedrijven kunnen we de hoofdring en andere terreinen tot in de puntjes aankleden. Ook huren we daarom bijvoorbeeld elk jaar een vrachtwagen vol hindernissen om het er goed te laten uitzien.”
Twee sterren voldoende
Eén keer, in 2017, was Jumping Schroder Tubbergen een concours dat met drie sterren werd gewaardeerd. Wim daarover: “Daar zijn we een jaar later weer van afgestapt. Twee sterren is voor ons voldoende. Je maakt veel minder kosten, maar kunt veel meer ruiters uit de regio de kans bieden te starten. Je kunt zeggen dat we nu met ons concours het hoogst haalbare doel halen. Qua gevoel, qua sfeer, met het sportgala erbij. Op onze manier, zonder dat het ons werk in de weg staat. Ga je voor een hoger niveau, dan moet je bijna iemand in dienst hebben, die allerlei potjes geld kan openbreken.”
Gerco vult aan: “Het gemiddelde niveau van de combinaties in Twente is twee sterren. Nu kunnen ook ruiters van een aantal van onze sponsors meedoen. De meeste van hen zouden hier geen Grote Prijs kunnen rijden als we weer naar drie sterren of nog hoger zouden gaan.”
De formule slaat prima aan, zo bleek uit de voorgaande edities. Tot nu werd de Grote Prijs elke keer een prooi voor een deelnemer uit de eigen provincie. Wim: “Het concours is ook zo populair, omdat er steeds iemand won die lokaal bekend is.” Ben haakt in: “En daar krijg je wel vanzelf een tik meer sfeer van.”