Met zijn deelname aan The Dutch Masters in Den Bosch in maart kwam Conor Drain (30) opnieuw een stapje dichter bij de wereldtop. Een foutje in het basisconcours met de tienjarige schimmelruin Imagine (v. Cassini Gold) voorkwam dat hij zich in de Grote Prijs van Den Bosch bij de kandidaten in de barrage mocht scharen.
“Maar het was een geweldige ervaring, die naar meer smaakt. Imagine is vooral het laatste anderhalf jaar enorm gegroeid. Hij wil altijd. Hij moet zoiets natuurlijk wel eerst een keer meemaken. Zelf ben ik gelukkig niet zo gauw zenuwachtig. Ik kan goed met spanning omgaan. Waarschijnlijk ook omdat ik al jong internationale topwedstrijden mocht rijden. Zo heb ik vijf maal aan een EK bij de junioren meegedaan.”
Zijn deelname aan The Dutch Masters betekende voor hem een absoluut hoogtepunt. “Het was voor mij de derde keer dat ik meedeed aan een wedstrijd van vijf sterren na Geesteren in 2019 met Fieldmaster en Amsterdam met Imagine eerder dit jaar. De Grote Prijs ging officieel over 1,60 meter, maar er waren hindernissen bij van zeker 1,70 meter. Het stond echt hoog. Het was ook niet normaal welke kwaliteit daar rondliep.”
Koppel fijne paarden
Achter Imagine staan Covehill Archie, Covehill Ellie May, Clementine en Covehill Charlie te trappelen om in de voetsporen van de succesvolle merrie Imagine te treden. “Ik heb een koppel fijne paarden”, stelt Conor Drain vast. In januari moest ook hij plotseling node afscheid nemen van de na een kort ziekbed veel te vroeg overleden René Viscaal. De accommodatie van de Albergenaar en diens vrouw Conny Emondt, tevens eigenaren van diverse van zijn paarden, vormt al sinds 2016 de uitvalsbasis voor de ruiter. “Ik heb heel veel aan hen te danken.”
Zijn sportieve dromen? “Een keer meedoen aan een EK, een WK en de Olympische Spelen. Maar ik hoop in elk geval zo hoog te kunnen blijven rijden als nu.” Hij kijkt uit naar het concours van Het Twentse Ros. “Het is altijd een heel mooie en gezellige wedstrijd. Er komt veel publiek en de organisatie is er gewoon prima voor elkaar. Voor mij is het nu helemaal een soort thuiswedstrijd, 500 meter van mijn huis.”