DENEKAMP – Lars Schröder ontpopte zich vrijdagavond tot de verrassende winnaar van het masterspringen tijdens Euregio Indoor Denekamp. De jonge Tubbergenaar reed met zijn paard Dynamite TN de snelste tijd in de beslissende vierde ronde.
De zestienjarige Lars Schröder wordt nu enkele maanden getraind door Peter Olthof en dus niet op de thuisbasis bij de BWG Stables. “Dat bevalt me heel goed. Pa is vaak op pad in het buitenland en Peter is een heel goede coach. Ik denk dat hij er veel verstand van heeft om ook paarden beter te maken. Ik kan dus beter proberen bij hem van alles te leren dan thuis.”
Vader Ben is het daar overigens helemaal mee eens. “Ook al omdat vreemde ogen meer dwingen.” Een mooi voorbeeld daarvan is dat Lars Schröder aanvankelijk van plan was het paard Champion te zadelen voor de masterclass. “Zelf had ik daar een beter gevoel bij, maar Peter leek het beter om Dynamite te rijden. Thuis hebben we gekeken of het lukte en dat ging heel goed.”
Niet veel vertrouwen
Dat betekende niet, dat Lars Schröder zichzelf kansen had toegedicht in Denekamp als winnaar gehuldigd te worden. “Eerlijk gezegd had ik er vooraf zelfs niet zo heel vertrouwen in om mee te doen. Ik dacht niet dat ik dit niveau al zou aankunnen, maar Peter kwam ermee en daarom heb ik ingeschreven.”
Eenmaal in de laatste ronde beland durfde Lars Schröder als voorlaatste starter wel voor de winst te gaan. “Ik kon het natuurlijk wel proberen, maar had nooit verwacht te winnen.” De jonge ruiter heeft ondertussen de ambitie terug van zijn loopbaan als ruiter iets moois te maken. “In de tijd van corona reed ik thuis wel door, maar vond ik er niks aan dat er toen geen concoursen waren. Ik had er niet zoveel zin meer in. Nu wel weer.”
Al stapt vanaf nu zus Sanne op het paard Dynamite TN, eigendom van hun vader, de ambitie succesvol te worden in de paardensport is terug. “Net zo goed worden als pa? Ik zou het graag willen, maar of dat lukt? Uiteindelijk wil ik wel bij hem in het bedrijf werken.”
Foto onder van Lars Schröder tijdens de prijsuitreiking © Frank Nieuwhuis.