BOMBAY – Mo van Haarst vertolkt de rol van ‘covergirl’ in het meest recente nummer van de Indiase versie van het magazine La Polo, waarin de achtergronden van de polosport worden belicht.
“Ze hadden me gevraagd voor een interview, maar ik had nooit gedacht dat ik daarmee op de voorpagina zou verschijnen. Dat was een verrassing, maar ik voel me vooral gezegend dat ik mijn zegje mocht doen over mijn passie en over hoe we zorg moeten dragen voor onze paarden”, zegt de Twentse over de reportage in het blad. De uit Hoge Hexel afkomstige Mo van Haarst is sinds vorig jaar paardentrainer en polospeler bij de Amateur Riders Club in de grootste stad van India en komt uitvoerig aan het woord over de training en verzorging van paarden in een periode dat het coronavirus nog altijd welig tiert in de metropool.
Veel variatie
In het magazine geeft ze tips over het trainen en voeden van de paarden en hoe ruiters zelf fit kunnen blijven in een periode dat ze niet erg actief zijn. “En dan vooral gericht op de lockdown en het nu weer oppakken van de paarden om ze klaar te maken voor het poloseizoen. Op onze club probeer ik de paarden op basis van veel variatie weer op te trainen. Variatie is altijd belangrijk in de training om de paarden happy en fris te houden. Werken in de ring, buitenritten, longeren en het los in de bak rijden omdat we hier geen weilanden hebben, wisselen elkaar af.
Als het om voedsel gaat is het verstandig om paarden verdeeld over de hele dag wat te laten eten. Het is voor ons Nederlanders allemaal klare koek, maar in India nog veelal onbekend terrein en gebaseerd op een ouderwetse manier. Zemelen, gerst en haver. Kwalitatief slecht hooi, puur om maar wat te knabbelen. Voor ruiters werken yogaoefeningen heel positief. Yoga zorgt voor soepelheid en balans, het is goed voor de fysieke fitheid en de mentale gesteldheid. We kunnen hier in deze miljoenen stad nou eenmaal niet simpel een blokje om hardlopen en gyms en fitnesscentra zijn nog altijd gesloten.
“Het aantal mensen dat corona heeft, stijgt hier nog steeds”, gaat ze verder. “Gelukkig gaan er wel steeds meer winkels en sportclubs open, maar voor restaurants geldt dat nog niet. En ook de paardensport moet nog altijd een pas op de plaats maken. Wel zijn de lessen weer begonnen, maar de competities in polo en springsport zijn nog niet weer opgestart. De paarden waren na het intensieve vorige seizoen wel aan een pauze toe, maar we hadden nooit verwacht dat de vakantie zo lang zou duren.”
Vluchten nog taboe
Ze had graag even een uitstapje naar Nederland gemaakt, maar vanwege ‘corona’ moet ze dat voornemen voorlopig uit haar hoofd zetten. “Vluchten zijn nog taboe, dus ben ik bang dat het er dit jaar ook niet inzit. Dat is wel balen, ik was graag even in Nederland geweest.”
In de wereldstad, die geplaagd wordt door enorme regenval en de daarbij onvermijdelijke overstromingen, wacht ze af wanneer het sein ‘go’ voor de paardensport weer onvoorwaardelijk klinkt. “In Europa zijn paarden voor veel mensen hun brood en boter. Zonder competitie is er geen handel en geen geld, dus ook niet om de paarden te voeden. Hier in India is de paardensport toch meer voor de elite. Maar voor veel polospelers is het belangrijk dat er weer wedstrijden komen. Zij worden door verschillende bazen ingehuurd. Daar halen ze hun inkomsten uit en de mogelijkheid om de grote aantallen paarden -iedere speler heeft tenminste zes tot acht paarden- aan het eten te houden. De springsport is meer luxe en wordt veelal als hobby uitgeoefend. Bovendien hebben weinigen een eigen paard en worden vaak clubpaarden gebruikt. Maar onze sport speelt zich af in de open lucht, zonder fysiek contact tussen mensen. Ik zie dus eigenlijk geen probleem om gewoon weer vol met de sport te kunnen doorgaan.”