JAKARTA – Voor Wim Schröder wacht vanaf maandag zijn eerste grote krachtproef als bondscoach van de Japanse springequipe. In Jakarta beginnen dan voor zijn ruiters de Asian Games met de kwalificaties. Dinsdag volgt de teamwedstrijd, donderdag de finale voor de individuele deelnemers.
Schröder vertrok afgelopen woensdag richting Indonesië, de dag na de succesvol afgesloten Schröder Masterclass op het Raadhuisplein voor de Pancratiusbasiliek in Tubbergen. Daarop terugkijkend: “Een mooie show, spannend en gezellig. Iedereen is enthousiast en vindt het leuk, sponsors, publiek en ruiters. Het is ook een heel apart evenement, zoiets kun je niet met een groot concours.”
Woensdag stapte hij in het vliegtuig richting Jakarta en vanaf dat moment is zijn blik gericht op de Aziatische Spelen. Vorig jaar april werd hij benaderd door niemand minder dan levende springlegende Paul Schockemöhle, die binnen de Japanse bond de rol van een soort technisch directeur vervult. “Paul wilde mij er per se bij hebben. Eerst had ik zoiets van: dat doe ik niet. Maar Paul had kennelijk zijn zinnen op mij gezet en nadat ik het er met mijn broers Ben en Gerco over had gehad, ben ik er toch anders over gaan denken. Ik ben weliswaar nog best jong voor een bondscoach, maar het is toch wat nieuws, je krijgt met een andere wereld te maken en van een man met de ervaring van Paul leer je natuurlijk altijd veel.”
Nieuwe wereld
Omdat het contract dat hij kreeg voorgelegd er bepaald niet slecht uitzag, hapte Wim Schröder uiteindelijk toch toe. “En achteraf ben ik heel blij dat ik het gedaan heb”, erkent hij. “Het brengt een nieuwe wereld voor ons, dat is het grootste voordeel als je met zo’n man mag werken. Het is voor onze stal ook heel goed zijn om daar contacten te hebben.”
Het restant van 2017 benutte Wim Schroder om een hoop kennis op te doen van Japan en de springsport en de topcombinaties in het land van de rijzende zon. Die vertoeven overigens doorgaans niet al te ver van Tubbergen, want de prachtige accommodatie van Schockemöhle in Mühlen dient als uitvalsbasis voor de Japanners. “Daar heb je alles bij de hand met veel stallen en ook het secretariële werk wordt daar gedaan. Ik overleg alles met Paul, die ook twee keer mee is geweest op concours. Bij de andere gelegenheden geef ik hem de informatie door hoe het loopt. Vorig jaar hebben we één landenwedstrijd gereden in Europa. Dat was in Samorin in Tsjechië, waar we vierde werden.”
Zeer behoorlijk niveau
Hij wil er maar mee zeggen dat het niveau van de Japanners zeer behoorlijk is, al zijn ze niet bij de eerste honderd van de Longines wereldranking te vinden. “Ze sprtingen allemaal parcoursen van 1,50 en 1,60 meter. Vanuit de ervaring van afgelopen jaar zijn we verder gaan werken. Dit jaar kende ik de combinaties een beetje, dan weet je ondertussen wat voor team je kunt samenstellen, voor eerst de Asian Games en daarna nog de wereldkampioenschappen.”
Twee keer verbleef hij anderhalve week in Japan. “Een keer per jaar moet je daar net als alle andere bondscoaches een soort clinic van een uur verzorgen voor het Olympisch Comité van Japan. Dat is echt ontzettend leerzaam.”
Kans op een medaille
Die opgedane kennis moet er mede toe bijdragen dat Wim Schröder na donderdag kan terugkijken op een geslaagde editie van de Asian Games, waar het team in het verleden twee keer goed was voor goud. “Omdat we bijna alles vanuit Europa doen, kan ik niet heel goed inschatten wat de mogelijkheden zijn. Ik denk dat Qatar, Saoedi-Arabië en Dubai onze grootste concurrenten zullen zijn. Maar een medaille halen is hoe dan ook het doel. Dat is voor de mensen in Japan nog belangrijker dan de wereldkampioenschappen. Ik denk dat we wel een kans maken op een plak.”
Op de foto boven Wim Schröder (derde van links) met de Japanse delegatie van springruiters in Jakarta.
Foto www.fototrailer.nl
Daaronder aan het werk bij Jumping Schroder Tubbergen in de eigen achtertuin. Foto www.kiek4fun.nl
